Zuid Korea 4

Donderdag 20oktober


Vanochtend hoefden we pas om 09:00 uur de kaartjes voor de ferry op te halen,dus we hadden wel even tijd voor ontbijt. Aan de overkant van de weg zat degrote M, dus voor de verandering zijn we daar maar eens een ontbijtje gaaneten. Hun ontbijt-menu is zeer uitgebreid en we kiezen dit keer voorpannenkoeken.


Het is niet ver naar de ferry terminal, en de taxi levert ons er in een paarminuten af. Kaartjes ophalen en we kunnen plaats nemen in de wachtruimte. Determinal lijkt wel wat op een luchthaven, waar we voor de gate zitten tewachten.

Zoals altijd gaatook hier alles weer strak op tijd en nadat onze paspoorten zijn gecontroleerd(?) gaan we op weg naar de Pink Dolphin.


In vergelijking met de boot die we op de heenweg hadden, is dit maar een kleinbootje. We gaan aan boord en nemen plaats op onze stoelen; een enormeverbetering met de heenreis. Geen minuut telaat gaan we van de kade en kiezen we het ruime sop, op weg naar Mokpo.

Wanneer we dehavenmuren achter ons laten merken we al snel dat de zee behoorlijk ruig is.Als de boot op snelheid is, voelt het net alsof we in een kermisattractiezitten; we gaan van links naar rechts en duiken af en toe van bovenop een golfde diepte in. Hier is dit kleine bootje duidelijk niet voor gemaakt. De mensenom ons heen worden groen en nog geler en wij moeten zelf ook goed de horizon inde gaten houden. De kotszakjes zijn niet voor niets in zulke grote getalenaanwezig.


Na een een uur naderen we het eiland waar we een zullen stoppen om mensen vanboord te laten gaan en weer nieuwe passagiers mee te nemen, daar merken we datde zee rustiger wordt . Waarschijnlijk hebben we het ergste gehad en komen wenu meer in de luwte van de vele eilandjes te varen.

Na de tussenstop is de zee inderdaad veel rustiger en kunnen we een beetjeontspannen, we durven af en toe zelfs wat te lezen. De rest van de reis naarMokpo verloopt rustig en met een kwartier vertraging arriveren we in deze grotehavenstad.

Wij laten ons bijeen hotel in de nieuwe trendy wijk Hadong afzetten en gaan vervolgens Mokpoverkennen. Als de naam Mokpo bekend voorkomt, dan is dat waarschijnlijk door deFormule 1 wedstrijd die hier een week geleden is verreden. Het circuit ligt netbuiten de stad


We gaan eerst terug naar het oude centrum, omdat daar ook het treinstation is.We moeten nog even uitzoeken of we met de KTX (de Zuid Koreaanse HSL) naarDayang kunnen en waar we evt. moeten overstappen.

Dit is overigensmakkelijker gezegd dan gedaan. Eerst staan we een kwartier bij de verkeerdebushalte te wachten (op advies van een paar Koraanse meiden) en als wevervolgens met de taxi naar het station willen blijkt de chauffeur niet eenshet woordje ‘train’ te begrijpen; zelfs de internationale toevoeging ‘tjoek,tjoek’ door Rob hielp niet.

De vrouw bij deTourist Information spreekt goed engels en kan ons de informatie geven die wenodig hebben. Wij kunnen verder met onze tocht door Mokpo.


Op het plein voorhet station zijn oude mannetje bezig met een bordspel en het trekt veelbekijks. Het lijkt Mahjong te zijn, maar zekere weten doen we het niet. Despelers hebben nauwelijks in de gaten dat Diana foto’s aan het maken is en demannen die er omheen staan te kijken vinden het machtig interessant.

Daarna lopen werichting de haven om daar de vismarkt te bezoeken en alle anderevis-gerelateerde handel. Het is hier weer een beetje hetzelfde wat je ook in deandere plaatsen aan het water zag; veel gevangen zeedieren in grote aquaria,opengesneden vis die te drogen hangt aan stalletjes en bakken vol kleinere vis.


Aan het eind van de middag gaan we met de stadsbus terug naar de wijk Hadongwaar ons hotel staat en stappen uit bij het busstation. We willen nog even watandere mogelijkheden uitzoeken voor het geval we hier een dag langer blijven.


Wanneer we ‘s-avonds op zoek gaan naar een restaurant verbazen we ons over dehoeveelheid neon op de gebouwen. Dit was overdag nog niet zo opgevallen, maarhet lijkt nu net een echte grote stad.

We eten bij eenrestaurant met de naam New York New York en het doet er allemaal er westersaan. Belangrijkste is vooral dat de steak goed smaakt, hoewel het voor Robbeter was geweest wanneer hij niet zo stoer om de spicy saus had gevraagd.

Vrijdag 21 oktober

Wanneer we vanochtend vroeg uit het raam kijken, zien we dat het bewolkt is. Wemoeten besluiten of we vandaag hier blijven en naar het Wochulsan National Parcgaan of dat we de trein naar Dayang nemen. Gisteravond hebben we de weer-sitesnog bekeken en die voorspelden eigenlijk allemaal regen. De KTX gaat al om08:00 uur, dus veel tijd om erover na te denken hebben we niet. Na nog een paarkeer uit het raam te hebben gekeken besluiten we maar om naar het station tegaan omdat we denken dat het te slecht weer zal worden voor een trek.
Het is een beetje jagen, maar gelukkig is het rustig op straat dus de taxi kanlekker doorrijden. Om 08:30 uur staan we op het station en kopen onze treinkaartjes.

De KTX gaat niethelemaal naar Danyang. Wij gaan eerst met de KTX naar Daejeon, een plaats diewe in de eerste week al eens hebben aangedaan voor een overstap, en moeten daarover op een bus. Hoe en wat zien we daar wel weer.
We eten nog sneleen muffin en drinken een flesje jus leeg voordat we het perron opgaan. De trein staat al te wachten en wij zoeken ons rijtuig en vervolgens de juistestoelen. Het is een erg comfortabele trein en natuurlijk standaard voorzien vanwifi.

De reis naar Daejeon duurt 2 uur en een kwartier dus we gaan er maar eenslekker voor zitten. Eindelijk hebben we even tijd om wat te lezen. Dit is veruit de meest comfortabele rit die we tot nu toe hebben gemaakt.

Om 10:15 uur zijnwe in Daejeon en we laten ons met de taxi naar het busstation brengen. Integenstelling tot Nederland liggen het trein- en het busstation in Zuid Koreaniet bij elkaar in de buurt. Dit keer een taxiritje van 20 minuten.


We halentreinkaartjes naar Chungju, onze volgende stop, en die bus staat op het punt van vertrekken dus we sprinten erheen en zoeken een plekje in de bus. Dat gingnet goed.
De rit naar Gungju duurde anderhalf uur en als we daar op het busstation zijn,besluiten we eerst maar rustig een bakkie koffie te gaan drinken. Vanochtend zijnwe toch een beetje overhaast vertrokken, dus even onderuit hangen is wellekker.

 

Als we even laterbij het loket kaartjes gaan kopen voor de busrit naar Danyang, blijkt deze netvoor onze neus te vertrekken. Nu zitten we dus verplicht wat langer op ditbusstation. Dan maar gelijk wat eten.

Om 14:30 uur vertrekt de volgende bus naar Danyang en dit keer zijn we wel aanboord. Opnieuw een ritje van anderhalf uur. We rijden nu weer door een heleandere omgeving; om ons heen bergen met die roestig gekleurd zijn door deherfsttooi van de bomen. Tussen de bergen een groot meer dat we de hele reisvolgen.

Het is de heledag zwaar bewolkt geweest, een ideale reisdag dus, maar hopelijk verbetert hetweer een beetje zodat we vanuit Danyang nog wel een trekking kunnen maken.


Danyang is een veel grotere plaats dan we verwacht hadden. Het is van allegemakken voorzien (en dan bedoelen wij restaurants, bakkerijtjes en hotels)zodat we het hier wel even uit kunnen houden. We nemen een hotel in het LuxuryHotel en gaan naar de Tourist Information om wat gegevens te verzamelen voorons programma.


Daarna lopen we nog langs het busstation om de tijden voor debus naar Sokcho te checken.

Bij ditbusstation is een ‘museumpje’ ingericht over het WK2002. De foto’s zijn na 9 jaaral behoorlijk vaal geworden, maar de foto van Guus Hiddink is prominentaanwezig.


Ook vanavond kiezen we weer voor zo’n typisch Zuid Koreaans barbecue restaurant(we hebben inmiddels vaker in Zuid Korea gebarbequed dan de hele zomer inNederland). Dit keer nog authentieker, want we zitten in kleermakerszit op de grond. Helaas gooit die enorme taalbarriere bijna roet in datzelfde eten.Waar wij denken rundvlees te hebben besteld om te barbecueën, staat er ineenseen grote pot soep op tafel. Paniek, dit is niet goed, gebruiken we eindelijkeen woordje Koreaans dat we bij het vorige barbecuerestaurant hebben geleerd,blijkt het hier weer wat anders te zijn. Na wat handen en voeten in de strijdte hebben gegooid, krijgen we uiteindelijk toch wat we wilden en het smaakthier voortreffelijk.

Wanneer we na een uurtje grillen en bakken opstaan, merken we dat ons lichaam deze eethouding niet goed aan kan. Als twee bejaarden die net een dubbele heupoperatie hebben ondergaan, strompelen we het restaurant uit

Zaterdag 22oktober

Toen we vanochtend uit het raam keken, zagen we dat de regengod ook z’n vloek had uitgesproken over Danyang. Er kwam behoorlijk wat water naar beneden.
De regenjassen werdentevoorschijn getoverd en op ons gemakkie gingen we naar de bakker voor eenontbijtje. Onderweg kochten we ook nog even een paraplu.

Ondanks het slechte weer wilden we toch gewoon ons programma aflopen, maar deomstandigheden bepaalden wel dat we vanochtend eerst naar de Gosu Donggul grotzouden gaan, want dan loop je in ieder geval nog droog.

Op weg naar degrot stopten we nog even bij de Tourist Information omdat we daar nog even eenbelletje wilden plegen met Seoul om onze DMZ-tour te bevestigen. We mochtendaar een mobiele telefoon van een alleraardigste man gebruiken en toen weverder wilden lopen naar de grot, bood hij ook nog aan om ons er even heen tebrengen; erg fijn met de regen.

Bij de grot was het weer eens gezellig druk; het is weer weekend dus dan weetje het wel. We kopen een kaartje en gaan de grot in. Het is eenhonderdvijftigduizend jaar oude grot waar een enorm stelsel van metalenbruggetjes, wenteltrappen en andersoortig constructies in gemaakt is om ons erdoorheen te leiden. Samen met veel Zuid Koreaanse gezinnen lopen we achterelkaar aan door de grot. De grot is fantastisch met enorme stalagmieten enstalactieten, bijzonder formaties rotsgordijn en nog veel meer. Het is af entoe erg nauw en als je beetje claustrofobische aanleg hebt, zal het zweet jeuitbreken.
We proberen zoveel mogelijk gaten te slaan in de lange rij mensen door af en toe wat tetreuzelen en dan weer te versnellen, zodat we ook wat foto’s kunnen maken waargeen Zuid Koreanen op staan.

Na een uurtje staan we weer buiten en het regent nog steeds. We zetten deparaplu op en lopen terug naar Danyang voor een bakkie koffie. Wat verveeltregen toch snel!


Voor de middagstaat het Guinsa complex op het programma, maar we hebben geen haast om daarheen te gaan. Wie weet wordt het vanmiddag nog droog.


We lopen nog weleven naar het busstation om te kijken hoe laat de bus naar het klooster gaat,maar gaan daarna bij de Lotteria zitten voor een hapje fastfood.

We gaan tegen half twee naar het busstation, maar voor het eerst in dezevakantie heeft een bus vertraging, een half uur maar liefst. Het maakt ons nietzoveel uit want het regent nog steeds. Tegen half drie zet de bus ons af bij deparkeerplaats van het tempelcomplex. Hier moeten we eerst nog een stuk ‘klimmen’om bij de gebouwen te komen.

Het Guinsa tempelcomplex is heel anders dan we gewend zijn van boeddhistischetempels. De gebouwen zijn mega groot en bijna allemaal zijn ze te voorzien vanschuifpuien en glazen deuren zoals je bij grote winkels ziet. Het grootstegebouw op dit complex doet zelfs een beetje aan een modern stationsgebouwdenken. Het mooiste van het complex is eigenlijk z’n ligging; in een valleitussen twee bergen, omgeven door veel esdoorns die vuurrood verkleurd zijn.


We lopen wattussen de gebouwen door en na verloop van tijd beginnen we te wennen aan deomvang van de gebouwen en zijn we toch nog wel staat wat mooie foto’s te maken.Helemaal bovenaan het complex staat de tempel die is opgedragen aan de stichtervan deze sekte en dat is een plaatje, helemaal in goud geschilderd.

Rond een uur ofdrie houdt het op met regenen en kunnen de paraplu’s weer opgeborgen worden.Dat geeft al gelijk een veel beter gevoel.

Na anderhalf uurgaan we terug naar de parkeerplaats, waar de bus net is vertrokken. We kopen debuskaartjes voor de terugweg en nemen wat te eten en te drinken.


Als we even op een betonrand zitten worden we opeens aangesproken door onze ‘vriend’van vanochtend. Hij komt bij ons staan en vertelt dat hij wat vrienden naar hettempelcomplex heeft gebracht. We praten nog even met hem waarna hij druk begintte bellen.

Even later zienwe hem op de parkeerplaats lopen en hevig gebaren dat we bij hem moeten komen;we kunnen met hem mee terug rijden.

Hij zegt tegen Rob dat hij de buskaartjesterug moet brengen.

Bij zijn autoaangekomen blijken de twee vrienden, twee vriendinnen te zijn en met z’n vierenkruipen we in dezelfde auto waar we vanochtend al eens in vervoerd zijn. Wathebben we toch een vrienden in Zuid Korea.

Hij neemt deelseen andere weg dan de bus en het lijkt wel een speciale toeristische route voorons. Van haarspeldbocht naar haarspeldbochten en dit alles afgezet met een rodebies van esdoorns in herfsttooi. Onderweg stopt hij zelfs nog even bij eenuitkijkpunt zodat we de weg ook nog even van bovenaf kunnen bewonderen.


Terug in Danyang gooien we de paraplu’s en de regenjassen op de kamer en gaande stad in om wat te drinken. Gelukkig is het weer droog geworden en soms zienwe al weer stukjes blauwe lucht. Als het morgenvroeg droog is, dan blijven wein Danyang om de trek naar de 1439 meter hoge piek Birobong te doen, als hetmorgenvroeg weer regent gaan we door naar Sokcho.


Voorsorterend op de trek van morgen nemen we ‘s-avonds een spaghettischotel;ook wel eens lekker! Daarna nog een kopje koffie en dan zoeken we ons hotelmaar eens op. We moeten nog op zoek naar een hotel voor de laatste nachten inSeoul en dat valt nog niet mee.


Zondag 23 oktober

Het regende nietvanochtend, maar daar was ook alles mee gezegd. Overal waar we om ons heenkeken waren de bergtoppen verstopt in een dikke wolkendeken.


We hoopten dathet, net als gisteren, later op de dag iets beter zou worden, dus boekten dekamer nog een nachtje extra.

Na het ontbijthebben we wat proviand ingeslagen bij de supermarkt en zijn bij de bushaltevoor Darian gaan staan. Dit minuscule plaatsje is nl. het vertrekpunt voor deklim naar de Birobong top in het Sobaeksan National Parc. Na een half uur waren we het wachten zat en hebbeneen taxi genomen naar Darian.



De taxi-chauffeurzette ons netjes aan het begin van de klim af en om 09:30 uur gingen wij oppad. We waren hier op ongeveer 450m hoogte en stonden al bijna met ons hoofd inde wolken.
Het pad ging algelijk behoorlijk steil omhoog, dus we moesten gelijk aan de bak. De bossen omons heen zagen er weer schitterend uit; de vele esdoorns kleurden van geel totdonkerrood.


Na een half uurwerd het langzaam aan wat lichter en even later staken we onze hoofden zelfsdoor de wolken heen; het zonnetje scheen er heerlijk.


Het lopen wasinmiddels meer klauteren geworden, want van een pad was allang geen sprakemeer. Over een lawine van keien en rotsblokken gingen we stapje voor stapjenaar boven. Na 4,5 km ploeteren was er gelukkig nog een plekje waar we even opeen bankje konden uitrusten. Een slim echtpaar verkocht hier zelfs wat drinkenen eten.

Na een kortepauze gingen we weer verder en toen we ons op een gegeven moment omdraaiden,zagen we wel waar we het voor deden; een fantastisch vergezicht richting devallei waar we vandaan kwamen en de wolkendeken konden we nog over de stad zienliggen.

Gelukkig was hetnu niet ver meer en de laatste kilometer was ook weer wat beter begaanbaar. Op1439 meter hoogte hadden we uiteindelijk een 360 graden uitzicht opverschillende bergtoppen die door de enorme wolkendeken heen prikten en dichterbijgelegen valleien; we konden zelfs de Han-rivier zien.


We blijven eenhalf uurtje op de top en eten er onze meegebrachte boodschappen op. Om 12:45uur beginnen we aan de afdaling.

Wanneer we bij degrote keien en rotsblokken aankomen proberen we de juiste manier te vinden omhier overheen naar beneden te komen, maar het valt niet mee; veel te grotestappen en steeds weer uitkijken dat je niet zwikt of wegglijdt.

Wanneer we na2,5km weer bij de rustplek aankomen zoeken we er een plekje en nemen een baknoedelsoep; even bijkomen.

Wanneer we vanonze gedeelde bak soep zitten te genieten vindt een man ons er blijkbaar zoberoerd uit zien dat hij ons spontaan een reep chocolade toestopt en wij zeggengeen nee.

 

Naarmate wedichter bij de uitgang komen wordt het pad weer wat beter begaanbaar en kunnenwe de vaart er wat in houden. Waar we voor de klim 3 uur nodig hadden doen wede afdaling in twee uur. Uiteindelijk hebben we bijna 17 kilometer afgelegd enmeer dan 1000m hoogteverschil overbrugd. Als we de Koreaanse borden goed hebbenvertaald was de gemiddelde hellingshoek 15 graden.

 

We gaan op zoeknaar de bushalte en volgens de parkeerwachter van de nabij gelegenparkeerplaats gaat de bus om 15:40 uur. Toen we hem om 16:00 uur nog eensvroegen naar de bus, zei hij dat de bus om 15:40 uur uit Danyang zou vertrekkenen dat de bus dan om 17:00 uur hier zou vertrekken.

Inmiddels warener een aantal Zuid Koreanen bijgekomen die ook de bus wilden nemen, maar toenze de vertrektijden hoorden belden ze direct een tweetal taxi’s. Ze maakten onsduidelijk dat wij wel in de tweede taxi meekonden omdat die toch niet vol zat.

Toen de taxi inDanyang stopte en wij ons deel van de taxirit wilden betalen, werd onzeportemonnee door de Zuid Koreanen terug weggeduwd; daar wilden ze niets vanweten. Ondanks (niet te veel) aandringen zijn we de taxi maar uitgegaan enhebben ze tig keer bedankt.

 

‘s-Avonds eten wepasta om weer wat aan te sterken en gaan dan vroeg naar bed; we zitten erallebei wel een beetje doorheen na de inspanning van vandaag.

Maandag 24oktober

We hadden niet zo heel veel haast vanochtend want de bus vertrok pas om 09:15uur. Alle tijd om even te ontbijten, waarna we voor de laatste keer doorDanyang slenterden.

We hadden voorafniet veel verwacht van de plaats Danyang, maar dat is honderd procentmeegevallen. Het is een leuke compacte stad met alle benodigde faciliteiten enveel te doen in de omgeving.

We gaan vandaag naar Sokcho, met een overstap in Wonju. Wanneer we uit Danyangwegrijden miezert het zowaar; een goed moment om te vertrekken.


We doen eranderhalf uur over om in Wonju te komen en daar kopen we dan eerst de ticketsnaar Sokcho. We schrikken van de prijs, omgerekend een tientje per persoon; zoduur hebben we ze nog niet gehad!


De bus naarSokcho vertrekt over drie kwartier, dus we hebben mooi even de tijd om een bakkoffie weg te werken.
Om 11:35 uur stappen we in een bijna nieuwe bus. Misschien is dat de verklaringvan de duurdere kaartjes.

De rit naarSokcho duurt twee comfortabele uren. Het enige waar wij ons zorgen over makenzijn de donkere wolken die in de rijrichting van de bus mee lijken te drijven.


Rond 13:30 uur staan we op het busstation van Sokcho en gaan we op zoek naareen hotel. Het eerste hotel op ons lijstje blijkt vol te zijn en dan laten weons met de taxi bij het volgende hotel afzetten. Deze wordt afgekeurd doorDiana, dus we lopen naar de volgende. Wederom een afkeuring, dus door naarnummer vier. Het Ritz-motel komt door de selectie (niet te verwarren met hetRitz-hotel).

Nadat we detassen op de kamer hebben gegooid, gaan we Sokcho verkennen.


Sokcho ligt helemaal in het noordoosten van Zuid Korea, op slechts 60 km van de Noord Koreaanse grens, en grenst aan de oostkant aan de Japanse Zee en wordt aan de andere kant omgeven door het Seorak gebergte.

Sokcho is dus dé uitvalsbasis voor het Seoraksan National Parc, maar Sokcho is vooral ook eenvissersdorp. Met 90.000 inwoners kun je het eigenlijk ook weer geen dorpnoemen.

We beginnen vlakbij het hotel op een klein vismarktje, waar vooral toeristen komen kijken. Devis is er net iets te mooi uitgestald, maar wel leuk voor de foto. Vooral deinktvis die aan de waslijn hangt te drogen is een uniek plaatje.

Daarna lopen welangs het water naar de andere kant van de haven waar het ‘echte’ werk aan degang is: vrouwen zitten in groepjes bij elkaar en halen de vangst van de daguit de visnetten en de vissers zijn al weer bezig de netten in orde te makenvoor de volgende dag.


Na ook deze tafereeltjes van dichtbij te hebben gevolgd gaan we op weg naar hetSokcho van Paris Baguette en Lotteria. Ook Sokcho heeft veel winkels van deketens die wij in de afgelopen drie weken hebben leren kennen en is ook in diezin een echte stad.

We lopen watverder en stuiten op een klein veerpontje wat nog met de hand bediend wordt.Via een staalkabel wordt het van de ene naar de andere kant getrokken. Voor 15eurocent mag je mee overvaren en dat doen we natuurlijk. Het tochtje duurt noggeen 5 minuten, maar toch leuk.

Aan de anderekant van het water is de lokatie van een filmset te bezichtigen van wat eenhele populaire film in Zuid Korea is geweest. Er is niet veel te zien, maar heren der zie je levensgrote foto’s van de hoofdrolspelers waar je dan mee op defoto kan.

Dit fenomeen komje overigens door heel Zuid Korea tegen; de lokatie van filmsets van bekendefilms waar de Koreanen zich dan uitgebreid laten fotograferen.


We wandelen nog wat verder door naar de E-Mart, een soort Makro, maar dan zonderpasje. We lopen wat door deze mega supermarkt waar van alles te krijgen is. Deprijzen van de verschillende elektronica artikelen vallen niet eens zo heel veelmee; wel wat goedkoper dan in Nederland, maar geen tientallen procenten.

Rob koopt nog weleen t-shirt voor de laatste dagen in Seoul. De 10 kg die hij op de heenreis bijzich had was toch net te weinig voor een maand reizen.


Na dit winkeluurtje gaan we terug naar het centrum van Sokcho om een hapje teeten. Ook nu weer met de hand-ferry waar Rob de bootsman een handje helpt.

Het enige wat onsop de moment zorgen baart zijn de donkere wolken die zich samenpakken bovenSokcho. Als dat maar goed komt morgen.

 

Dinsdag 25oktober


We waren blij verrast toen we vanochtend zagen dat bijna alle bewolking wasverdwenen. Alleen boven het Seorak gebergte hingen nog wat witte wolkjes, maardat moest wel goed komen vandaag.

 

Even een ontbijtje en dan door naar de bushalte, want de stadsbus stopt preciesvoor de ingang van het Seoraksan National Parc.

Toen we uit debus stapten hadden we al snel in de gaten dat we under-dressed waren; alleeneen shirt met lange mouwen was vandaag eigenlijk niet voldoende. De koude nachten de wind die af en toe stevig blies gaven een winters gevoel. Vol vertrouwendat de zon vandaag voldoende kracht zou krijgen om ons warm te houden, liepenwe stug door.


Het Seoraksan National park wordt gezien als het mooiste park van heel Korea.Je vindt er vreemd gevormde rotsformaties, dicht woud, wilde beesten, heetwaterbronnen en tempels uit het Shilla tijdperk.


Wij kozen vandaagvoor de bijna vijf kilometer lange trek naar Ulsanbawi, een spectaculairerotsformatie van 873 m hoogte, bestaand uit zes gladde pieken waar zelfs vogelsniet op kunnen rusten (zeggen ze). Van hier heb je fantastische uitzichten,onder meer naar Sokcho.



We waren vandaag weer niet alleen, maar er waren minder Zuid Koreanen die onsbegeleiden dan in de andere twee parken. De trek begon redelijk eenvoudig en naeen mooie 18 m hoge bronzen Boeddha en een even zo mooi tempelcomplex, begonhet pad licht te stijgen. Ook nu weer mooie esdoorns in herfstkleur langs depaden.

Af en toe zagenwe ons einddoel al tussen de bomen door, een grijs/beige gekleurde rotsformatiewaarvan de zijkanten bijna loodrecht omhoog gingen.

Het betonnen padging over in keien, maar wel een redelijk vlak keienpad dus nog steeds ging hetlekker. Na 3 km kwamen we bij een klein tempelcomplexje waar een monnik net meteen dienst bezig was. Klonk fantastisch in deze al even mooie omgeving.

Bij deze tempelsligt een 16 ton zware kei die je met een paar man in beweging kunt krijgen.Elke Koreaan moet dit natuurlijk proberen en allemaal moeten ze er ook mee opde foto.


Wij vervolgden het pad en het werd zo langzamerhand iets meer klauteren, maarnog lang niet zoals het pad naar de Birobong twee dagen geleden. Op een gegevenmoment het bordje voor de laatste kilometer dus dat viel best wel mee vandaag.We zagen steeds meer van de rotsformatie waar we naar op weg waren, maar wevroegen ons wel steeds meer af hoe we daar omhoog zouden moeten komen; zou ereen kabelbaan zijn?

Nee die kabelbaankwam er niet maar wel een 400 meter lange, uit 808 treden bestaande, metalentrap die her en daar in de rots is bevestigd. De trap gaat op bepaalde stukkenbijna loodrecht omhoog.Nu zijn wij algeen helden op hoogte, maar dit is wel even twee keer slikken. We sprekenelkaar moed in: ‘we zijn nu al zover gekomen…….’, ‘wie A zegt moet B zeggen‘, ‘Koreanenkunnen heel goed lassen; heb je wel eens een Hyundai uit elkaar zien vallen’, ‘deinspectie van toeristen hulpmiddelen is pas nog wezen controleren want daar zieik een sticker’, ' kijk daar komt een vrouwtje van 70 naar beneden dan moeten wijhet ook kunnen’, …………… en dus klampen we ons vast aan de leuning en gaanomhoog, achter de onverschrokken Zuid Koreanen aan. Het is een hele klim enhalverwege moeten we opnieuw het hele rijtje opsommen om verder te gaan, maarde trap doet uiteindelijk waar hij voor gemaakt is en wij komen op het hoogsthaalbare punt, al is het met trillende benen.

Bovenop de rots kunnenwe nog iets toevoegen aan ons rijtje moed-smoezen: ‘ze hebben zelfs eenfotostudio boven gekregen via de trap’. Helemaal bovenop de rots kun je nl. eenfoto van jezelf laten maken, die vervolgens wordt afgedrukt op A4,geplastificeerd en die je vervolgens met een koordje om je nek krijgt gehangen.Je denkt waarschijnlijk: ‘wie doet dat nou’. Het antwoord is simpel: ‘ZuidKoreanen‘. Je zou eens moeten zien hoeveel er, stoer met zo’n foto van zichzelfom de nek rondlopen.


Wij laten deze traktatie aan ons voorbijgaan en nadat we wel wat foto’s van deomgeving hebben gemaakt, rapen we alle moed bij elkaar en beginnen aan deafdaling.

Via de trap naarbeneden blijkt makkelijker te gaan dan verwacht. Ongeschonden en in een mooietijd staan we rond 12:30 uur weer onderaan de trap; dit avontuur hebben weoverleefd. Op de terugweg stoppen we nog bij een foerageerpunt en nemen daareen gebakken eitje; dat hadden we wel verdiend. Zoals verwacht zijn ook delaatste kleine wolkjes verdwenen dus we zitten heerlijk in het zonnetje, al isde temperatuur nog steeds niet in overeenstemming met onze kledingkeuze.


Genietend van de omgeving om ons heen en af en toe terugkijkend naar derotsformatie die wij op kunstige wijze hebben bedwongen, lopen we terug naar deingang van het park. We overwegen nog om met een kabelbaan naar een anderuitzichtpunt te gaan, maar de wachttijd van anderhalf uur doet ons besluiten omterug te gaan naar Sokcho, waar we de voorbereidingen treffen voor de laatsteetappe van deze vakantie.


Woensdag 26 oktober

Daar stonden we dan om 09:30 uur op het busstation van Sokcho. Onze laatste busreis in Zuid Korea zou om 10:00 uur vertrekken, waarmee het cirkeltje rond is (of eigenlijk het 8’tje).
Het is erg druk op het busstation en als Rob de kaartjes haalt blijkt de bus van 10:00 uur al vol te zijn en moeten wij met de extra bus van 10:10 uur mee. De grote drukte wordt vooral veroorzaakt door een massa militairen die met verlof lijken te gaan. Hoe langer we de terugreis kunnen uitstellen, hoe beter.

Ook deze bus vertrekt weer op tijd en hoewel de buschauffeur nog wat tijd probeert te rekken door een koffiestop in te lassen zijn we om 12:30 uur weer terug in Seoul, de stad waar we onze reis vier weken geleden begonnen.
Het voelde allemaal wel vertrouwd en voor we het weten staan we alweer in de metro naar ons hotel. Het Hill House Hotel staat in de buurt van de N’Seoul Tower en die komt ons ook nog wel bekend voor van de eerste dagen.

Omdat we nog niet op de kamer kunnen, laten we grote rugzakken in de lobby staan en gaan we naar de nabij gelegen Namdaemun markt. Deze markt kun je nog het beste vergelijken met de Zwarte Markt in Beverwijk en het is er erg druk. Je kunt hier van alles kopen, van sieraden tot panty’s en van hondenkleding tot worstenbroodjes. We lopen wat over de markt en neuzen wat bij de stalletjes en net voordat we weer terug willen gaan naar het hotel ziet Rob een stal met leuke jassen. We graaien wat in de rekken en zien een leuk Jack. Even passen (Rob heeft hier zelfs XL) en wat afdingen en dan hebben we net als vorig jaar op de terugreis meer kleding bij ons dan op de heenweg.

Nadat we terug zijn geweest bij het hotel, rekken we de beenspieren nog een keer voor een wandeling naar het War Memorial Museum. Diana had plaatjes gezien van de stanbeelden bij dit museum en die wilde ze met eigen ogen (en camera) gezien hebben. Na een wandeling van ruim een uur komen we bij het museum aan en dan blijkt de plek waar de standbeelden staan omgeven te zijn met hoge hekken; ze zijn er de boel opnieuw aan het inrichten. We kunnen de standbeelden wel zien, maar slechts ten dele.
We besluiten nog wat over museumterrein te lopen en zoeken naar een gaatje in het hek, als we opeens een van de werklui het slot van een deurtje zien halen om naar binnen te gaan. Wij lopen snel achter hem aan en vragen of we misschien even naar binnen mogen voor één fotootje. Hij kan onze droeve hondenogen blijkbaar niet weerstaan, want hij gebaart ons naar binnen te gaan. Zo hebben wij toch nog even de gelegenheid deze beelden van dichtbij te bekijken en zelfs zonder hordes Zuid Koreanen op de voorgrond.
Voor de terugreis maken we gebruik van de metro, want morgen moeten onze benen ons ook weer een hele dag dragen. Door de vertraging van onze heenvlucht zijn er een paar bezienswaardigheden die we wel op ons lijstje hadden staan, maar nog niet hebben kunnen doen.



Geen opmerkingen: