Het avontuur in China gaat verder met de expresse bus naar Dali (geen familie van Salvador overigens).
De naam doet vermoeden dat het met zo'n bus allemaal extra snel gaat, maar nog geen tien minuten verwijderd van Dali was er een lunchbreak die bijna een uur ging duren. Jammer maar helaas.
Zoals gezegd tien minuten na deze lunchstop werden we aan de grote weg uit de bus gedumpt en moesten we met alternatief vervoer de laatste kilometer naar Dali afleggen. Gelukkig was de lokale vervoersonderneming daar goed op ingesprongen en de paard-en-wagen stond al klaar om ons naar het hotel te brengen.
Zoals Menno en Roely kunnen beamen is het hotel waar we hier logeren bijzonder comfortabel en sfeervol. Jim's hotel is de perfecte uitvalsbasis voor Dali e.o.
De franse manager van het hotel bracht ons naar de kamer en met een accent dat aan Crabtree ('Allo Allo') doet denken zij hij, toen hij onze deur open deed "in zu reum noxt deur sloeps ze dotch swumming chompioen, mayboe yu can osk hur autogruph" wij dachten gelijk dat moet dan Inge de Bruin zijn, maar misschien hadden we hem niet goed verstaan.
Spullen op de kamer gedumpt en naar het centrum van Dali gelopen. Leuk stadje en lekker rustig, vergeleken met Lijiang. Eerst maar een terrasje uitgezocht en een klein potje bier en een orange-jus gepakt. Toen we daar heerlijk in het zonnetje zaten te genieten van alles dat langs slentert, stond onze poolse vriendin Ewa ineens aan onze tafel. We hebben haar en haar sloveense reispartner in de eerste week van onze vakantie ontmoet en onze paden kruisen steeds. Ze schoof aan en we praten even bij.
Terwijl we daar zaten was er wat commotie aan het eind van de straat. Toen we goed keken zagen we een gozer met een hele vreemde bontmuts zo leek het. Toen de menigte dichterbij kwam zagen we dat het de geluidsman van de filmcrew was waar Inge de Bruin mee op stap was. Ze gingen onze tafel voorbij en aan het andere einde van de straat werd een shoot opgenomen. Ze had zich goed aangepast aan de lokale bevolking: lang blond haar, fleurig bloesje, een lichte strakke spijkerbroek en zilveren schoentjes.
Diana rende er nog even heen om een paar foto's te nemen en na afloop van de shoot kwam de hele stoet weer langs onze tafel, die kans greep ik om ook een paar seconden film op te nemen. In het voorbijgaan bedankte ik haar voor het gastoptreden voor mijn film, waarna ze verbaasd omkeek en glimlachte.
Nadat de zon onderging zijn we op aanraden van Ewa gaan eten in een restaurantje met een houtoven en het eten hier is super.
's-Avonds in het hotel liepen we Inge nog twee keer tegen het lijf en dat was ook voor het laatst want de volgende ochtend was ze al vroeg verdwenen.
Wij hadden voor de volgende dag niets gepland en zouden wel zien. Wat we zagen was regen dus hebben we ons bezig gehouden met een klusje dat ook altijd weer moet gebeuren: kaartjes schrijven.
Het bleek een hele opgaaf te zijn om kaarten te vinden in Dali. Uiteindelijk vonden we een klein winkeltje met een vriendelijk mannetje van wie wij zijn collectie met kaarten mochten misbruiken. We hebben nl. van de setjes van 10 kaarten alleen de leuke geselecteerd en die gekocht. Hopen voor hem dat er ooit een toerist komt die het restant leuk vindt.
Hierna naar het postkantoor voor de postzegels. Weer een belevenis op zich. Het bleek dat het niet echt noodzakelijk is om te kunnen rekenen als je bij een chinees postkantoor werkt. Misschien een leuk raadseltje voor iedereen.
We moeten voor 40 kaarten postzegels hebben en op elke kaart moet 4,5 Yuan aan postzegels. Er zijn postzegels beschikbaar van 2 Yuan en 0,5 Yuan. Wat moeten wij meekrijgen?
De twee dames van het postkantoor tezamen met hun calculator deden er bijna een kwartier over om dit raadseltje op te lossen. En jullie?
Daarna maar even terug gegaan naar het hotel en daar heeft Diana de kaarten geschreven, ik heb later de postzegels gelikt.
We hadden alle vertrouwen in het weer van de volgende dag dus boekten we nog even een tochtje om het meer. We zouden samen met 3 Australiers zijn.
Later bedachten we ons waarom het zo'n regenachtige dag was; we waren nl. 19 dagen onderweg en dus op de helft van onze vakantie. Vanaf nu zou het aantal resterende vakantiedagen kleiner zijn dan het aantal dat we gehad hadden. Heel China huilde mee!
De volgende dag om half negen naar het reisburootje voor onze tocht. De Australiers bleken toch te zijn afgehaakt dus we hadden het minibusje alleen, of eigenlijk een mini minibus want als je instapte moest je eerst je onderbenen afschroeven en je hoofd onder de arm nemen. Dit soort busjes zijn handig in de stad, je stopt 'm zo in je binnenzak en je hoeft geen parkeergeld te betalen. Als je er een koptelefoon bijneemt is het nog een MP3 speler ook.
We gingen op weg naar onze eerste stop het plaatsje Xizhou. Er was hier een prachtige lokale markt aan de gang waar je weer van alles kon kopen. De gegrilde varkenshuid zag er heerlijk uit, maar het was nog vroeg dus misschien later.
Hierna naar een plaatsje dat beroemd was om zijn speciaal geverfde doeken, lijkt een beetje op batikken. Al gauw bleek dat het vnl. te doen was om het verkopen van zo'n doekie en we vonden dat toch niet echt bij ons interieur passen. Terug naar de mini minibus dus.
Vervolgens verder om het meer. Je ziet zo pas goed hoe groot dit meer eigenlijk is.
Onze volgende stop was voor de lunch waarna het door ging naar het kleinste eilandje met bebouwing dat wij ooit gezien hebben, leuk plaatje natuurlijk.
Een paar kilometer verderop hadden we geluk want er waren net twee bootjes met aalscholver-vissers terug gekomen. Een apart gezicht al die zwarte vogels op de rand van de boot. De beestjes hadden weer aardig wat gevangen voor de vissers en onze chauffer en gids kochten gelijk een kilootje (zonder uitjes).
De vogels krijgen een touwtje om de nek zodat ze de vis die ze vangen niet kunnen doorslikken en zo af en toe worden de vogels dan beloond met een klein visje.
Als laatste gingen we nog met een lokale veerboot (mag de naam boot eigenlijk eigenlijk niet hebben) zittend tussen de graan, eieren, vis en lokale bevolking naar een groter eiland voor een korte toer aldaar.
Rond een uur of 6 hadden we onze 'tour de Erhaimeer' er opzitten en hadden we weer veel mooie dingen gezien en beleefd. Een goede maaltijd ging er wel in waarna we nog een afzakkertje hebben genomen in het hotel. We hadden geluk gehad vandaag met het weer.
De volgende dag besloten we om de Drie Pagodes te bezoeken. We zijn erheen gewandeld want het is maar een paar kilometer van Dali.
Ze stonden er prachtig bij tegen de blauwe achtergrond, want de dag was weer stralend begonnen. Ook hier stikte het weer van de chinese tourgroepen, blijkbaar moet je dit ook gezien hebben als chinees.
Na een paar uurtjes over dit fraaie complex te hebben gewandeld gingen we terug naar Dali, we besloten weer eens voor paard-en-wagen te kiezen. Toen de ruiter ons afleverde in Dali probeerde hij ons nog af te zetten voor een paar cent, maar daar trapten we niet in want we willen het ook niet verpesten voor de toeristen na ons. De man keek ons wel verontwaardigd na.
's-Middags zijn we met de lokale bus naar het meer gereden, als haringen in de ton stonden we tegen elkaar aan gedrukt totdat de chauffeur er genoeg van had en zonder pardon alle scholieren uit de bus zette; dat luchtte op.
Bij het meer hebben we wat rondgelopen, maar de lucht begon weer te betrekken dus we zijn maar weer op de bus gesprongen terug naar Dali. In Dali maar weer eens geld gepind, want ondanks het prijsnivo in China raakt het toch een keertje op en daarna weer naar ons favoriete terras.
's-Avonds weer heerlijk gegeten; het is een beetje saai, maar we hebben in Dali al vier keer bij dit restaurantje gegeten (het restaurantje heet Stella voor het geval je in de buurt bent). Je kunt er van alles krijgen en het kost bijna niets. Deze keer hadden we spaghetti en encheladas, natuurlijk wat drinken erbij en dat voor het lieve sommetje van 3,5 euro. Je snapt niet die chinezen zo slank kunnen blijven.
Vandaag al weer onze laatste dag in Dali. We zouden een tocht maken naar een grote Yi markt die slechts drie keer per maand plaatsvindt. De eigenaar van het hotel, met de tibetaanse naam Jim, zou onze gids zijn en volgens hem was het de beste dagtocht van China.
Eerst naar een wiskhy stokerij. We waren daar al om elf en omdat het tegen onze principes is om voor twaalf aan de alcohol te gaan, hebben we dit rondje laten schieten. Een flesje jonge wiskhy van een halve liter kost hier trouwens 2 yuan, dat is maar liefst 20 eurocent.
Daarna naar en behoorlijk leegstaande boedistische tempel. De lokatie was prachtig temidden van de rijstvelden, maar er was niet veel te doen.
Eindelijk ging we dan naar ons hoofddoel van deze tocht: de Yi markt. Dit hadden we niet voor niets geboekt, wat een grote, levendige markt je kwam ogen tekort. Bijna twee uur hebben we hier rondgeslenterd de lokale handel aanschouwend.
Na deze orgie van kleur en geluid hebben we een van uitgebreide lunch genoten.
We waren het bijna vergeten, maar we zouden 's-middags ook nog een wandeling gaan maken en hoewel het ons om de markt ging, was dit zeker zo mooi. De wandeling ging tussen goudgele rijstterrassen en door kleine dorpjes waar geen toerist komt. Jim had 's-ochtends niets teveel gezegd, dit is een geweldige dagtocht.
China 4
Vanuit het prachtige Songtsam hotel hebben we de taxi genomen naar het busstation. Daar moesten we nog even wachten want er was nog geen bus naar Lijiang te bekennen. Hebben we maar even het bord met de vertrektijden uit het hoofd geleerd; het blijft een lastig taaltje dat chinees.
Toen de bus er dan was moesten we constateren dat we wel eens betere bussen hebben gehad, maar ja.
De rit verliep vlekkeloos, hoewel je wel het idee kreeg dat de chaffeur de afgesproken 5 uur die de rit zou duren ook wou volmaken. Flink gassen, gooi 'm in z'n vrij en kijken hoe lang ie uitliep.
Onderweg nog wel een nieuw verkeersbord geleerd: "Foggy Area" en daar was niets aan gelogen. Binnen vijf minuten zag je geen hand meer voor ogen of beter gezegd voor de voorruit. Het was maar goed dat de chauffeur een intuitie had voor naderende tegenliggers want het ging steeds net goed en dat is een hele prestatie zeker als je weet dat de verlichting van de bus uit was; dat spaart weer wat brandstof uit.
Zoals gezegd op de geplande tijd in Lijiang, maar nadat we drie keer de 'hoofdstraat' heen-en-weer waren gelopen en eindelijk het geplande hotel aan de hand van het telefoonnummer wisten te identificeren, bleek deze vol te zitten moesten we voor 1 nachtje uitwijken naar een ander.
Nadat we waren ingecheckt hebben we de prachtige oude stad van Lijiang verkend. Grote straatstenen, kanaaltjes die de stad doorsnijden en prachtige oude houten huisjes.
Klein nadeeltje: CHINEZEN. Je kent het alleen van TV of uit de boeken, een reisleidster die met een vlaggetje voorop loopt en een horde chinezen met hetzelfde petje er achteraan, de meest debiele dingen fotograferend. Maar zoals Obelix al zei: "rare jongens die chinezen"........
Het ergste is natuurlijk dat ze overal voor lopen, op iedere foto komen te staan en elk stukje film bevlekken. Een beetje Volendam in het hoogseizoen, maar dan anders. Laten we het er maar op houden dat iedereen op zijn eigen manier vakantie viert (en dit is natuurlijk echt wel leuk om mee te maken)
De afgelopen nacht hadden we geen gek hotel, maar zondag toch naar het andere hotel overgestapt en deze was niet voor niets Diana's eerste keus: leuk scandinavisch interieur en een badkamer waar het Hilton jaloers op kan zijn (levert weer leuke ideen op voor thuis).
De rest van de zondag kunnen we in 1 woord samenvatten: REGEN! en niet zo'n beetje ook. Deze kleine zondvloed heeft ons ook doen besluiten om de trekking die de volgende dag gepland was niet door te laten gaan. Na wat navragen bij diverse travel agencys werd ons duidelijk dat, behalve het slechte weer de paden dusdanig slecht zouden zijn dat de trekking meer op een survival zou gaan lijken en het is onze vakantie natuurlijk. Bovendien bleek bij het raadplegen van een weer-site dat er de komende dagen dezelfde omstandigheden verwacht werden.
Om de chagrijnigheid van het slechte weer te verdrijven hebben we lekker patat gegeten bij KFC, is ook wel weer eens lekker na 10 dagen chinees.
We hadden nog wel kaartjes op de kop weten te tikken voor een optreden van het in Lijiang wereldberoemde Naxi ensemble dus wij 's-avonds in onze galakleding erheen. Het was een stukje muziek zoals je dat van de chinezen mag verwachten met veel hoge tonen en rare instrumenten. Meest opvallen was nog wel de dirigent die ter verduidelijking steeds een stukje vertelde over de te horen muziek. Hij deed dat in het chinees en het engels en hoorde zichzelf wel erg graag praten. aan het eind van het optreden had hij ongeveer een uur geouwehoerd terwijl we misschien een half uurtje muziek hebben gehoord. Er is zelfs nog een halve pagina aan deze man gewijd in de LonelyPlanet.
Omdat we de Tiger Leaping Gorge toch niet wilden missen hebben we een dagtochtje geboekt naar de meest aanspekende plek in de gorge. Al zou het weer tegenvallen dan was de schade nog te overzien.
De volgende dag naar onze tourbus, waar een stuk of vijf chinezen inzaten. Zeven personen in zo'n grote bus? zouden we...............en ja hoor een paar hotelletjes verder zat de bus vol chinezen en twee kaaskoppen.
En dat de chinezen er zin in hadden bleek al snel, de bus leek op een rijdende kippenren met al dat gekakel en tot overmaat van ramp begon de gids ook nog iets te zingen, hoewel we eerst dachten dat ze vermoord werd, wat een geluid!
Na een korte tussenstop bij een groothandel in dubieuze, chinese, alternatieve geneesmiddelen ging de bus verder naar de gorge.
Daar aangekomen was de lucht steeds verder opengebroken dus dat was een gelukje na de dag van gister.
De gorge is inderdaad prachtig; met bulderend geweld perst het water zich door de smalste gedeelten van deze kloof.
Om half twee moesten we weer terug zijn bij de bus want dan zou de bus vertrekken. Stipt half twee vertrokken we ook en dat kwam al wat vreemd over want meestal heb je toch wel een beetje vertraging. Later bleek waarom, we gingen nl. naar de gratis lunch. Wij hadden op de trail nog wat lekkere gebakken-aardappeltjes-aan-een-stokkie gegeten dus wij lieten de lunch voorbij gaan, maar konden zo wel mooi dit stukje natuurgeweld aanschouwen; 20 chinezen die lunchen, is als varkens waar de trog wordt gevuld. Met veel gesmak, gespuug en geboer was het hele tafereel in 10 minuten alweer voorbij. Wij hadden nog niet eens ons bakkie thee op. We wisten niet dat dit onderdeel ook in de dagtocht was opgenomen, maar dit hadden we natuurlijk nooit willen missen.
Na de lunch had je geen kind meer aan de chinezen, weer in de bus sliepen ze binnen vijf minuten en moesten ze wakker worden gemaakt bij het volgende uitzichtpunt: 'the first bend in the Yangtze river' niet zozeer een mooi plekkie als wel een belangrijke. Stel je eens voor hoe china er uit had gezien als de rivier hier rechtdoor was gegaan en niet afgebogen. Had het deel van china dat nu aan de verdere loop van deze rivier ligt toch een probleem gehad.
Vervolgens terug naar Lijiang waar we na terugkomst besloten om de volgende dag maar fietsen te huren nu het weer zo was opgeknapt.
Vanochtend dus de twee mountainbikes opgehaald en ons in het chinese verkeer gestort. Dit gaat het beste als je net zo rijdt als zij; niet veel aan regels denken, maar met de meute mee.
Eerst naar het Black Dragon Pool park, een echt zondagsuitje. Je kunt het vergelijken met de grote vijver in Berg en Bos, maar dan met allerlei leuke chinese paviljoentjes. Hierna zijn we doorgreden naar Baisha, een klein dorpje waar men het moet hebben van wat kleinschalige landbouw en later zagen we dat daar de toeristenindustrie aan is toegevoegd. Hier hebben we geluncht en vervolgens met een al aardig gevorderde zadelpijn weer teruggefietst naar Lijiang. Daar aangekomen was de zadelpijn nog wat verergerd en was er bovendien een verbrande neus bij gekomen want het is vandaag een heerlijke dag geweest met veel zon.
Toen de bus er dan was moesten we constateren dat we wel eens betere bussen hebben gehad, maar ja.
De rit verliep vlekkeloos, hoewel je wel het idee kreeg dat de chaffeur de afgesproken 5 uur die de rit zou duren ook wou volmaken. Flink gassen, gooi 'm in z'n vrij en kijken hoe lang ie uitliep.
Onderweg nog wel een nieuw verkeersbord geleerd: "Foggy Area" en daar was niets aan gelogen. Binnen vijf minuten zag je geen hand meer voor ogen of beter gezegd voor de voorruit. Het was maar goed dat de chauffeur een intuitie had voor naderende tegenliggers want het ging steeds net goed en dat is een hele prestatie zeker als je weet dat de verlichting van de bus uit was; dat spaart weer wat brandstof uit.
Zoals gezegd op de geplande tijd in Lijiang, maar nadat we drie keer de 'hoofdstraat' heen-en-weer waren gelopen en eindelijk het geplande hotel aan de hand van het telefoonnummer wisten te identificeren, bleek deze vol te zitten moesten we voor 1 nachtje uitwijken naar een ander.
Nadat we waren ingecheckt hebben we de prachtige oude stad van Lijiang verkend. Grote straatstenen, kanaaltjes die de stad doorsnijden en prachtige oude houten huisjes.
Klein nadeeltje: CHINEZEN. Je kent het alleen van TV of uit de boeken, een reisleidster die met een vlaggetje voorop loopt en een horde chinezen met hetzelfde petje er achteraan, de meest debiele dingen fotograferend. Maar zoals Obelix al zei: "rare jongens die chinezen"........
Het ergste is natuurlijk dat ze overal voor lopen, op iedere foto komen te staan en elk stukje film bevlekken. Een beetje Volendam in het hoogseizoen, maar dan anders. Laten we het er maar op houden dat iedereen op zijn eigen manier vakantie viert (en dit is natuurlijk echt wel leuk om mee te maken)
De afgelopen nacht hadden we geen gek hotel, maar zondag toch naar het andere hotel overgestapt en deze was niet voor niets Diana's eerste keus: leuk scandinavisch interieur en een badkamer waar het Hilton jaloers op kan zijn (levert weer leuke ideen op voor thuis).
De rest van de zondag kunnen we in 1 woord samenvatten: REGEN! en niet zo'n beetje ook. Deze kleine zondvloed heeft ons ook doen besluiten om de trekking die de volgende dag gepland was niet door te laten gaan. Na wat navragen bij diverse travel agencys werd ons duidelijk dat, behalve het slechte weer de paden dusdanig slecht zouden zijn dat de trekking meer op een survival zou gaan lijken en het is onze vakantie natuurlijk. Bovendien bleek bij het raadplegen van een weer-site dat er de komende dagen dezelfde omstandigheden verwacht werden.
Om de chagrijnigheid van het slechte weer te verdrijven hebben we lekker patat gegeten bij KFC, is ook wel weer eens lekker na 10 dagen chinees.
We hadden nog wel kaartjes op de kop weten te tikken voor een optreden van het in Lijiang wereldberoemde Naxi ensemble dus wij 's-avonds in onze galakleding erheen. Het was een stukje muziek zoals je dat van de chinezen mag verwachten met veel hoge tonen en rare instrumenten. Meest opvallen was nog wel de dirigent die ter verduidelijking steeds een stukje vertelde over de te horen muziek. Hij deed dat in het chinees en het engels en hoorde zichzelf wel erg graag praten. aan het eind van het optreden had hij ongeveer een uur geouwehoerd terwijl we misschien een half uurtje muziek hebben gehoord. Er is zelfs nog een halve pagina aan deze man gewijd in de LonelyPlanet.
Omdat we de Tiger Leaping Gorge toch niet wilden missen hebben we een dagtochtje geboekt naar de meest aanspekende plek in de gorge. Al zou het weer tegenvallen dan was de schade nog te overzien.
De volgende dag naar onze tourbus, waar een stuk of vijf chinezen inzaten. Zeven personen in zo'n grote bus? zouden we...............en ja hoor een paar hotelletjes verder zat de bus vol chinezen en twee kaaskoppen.
En dat de chinezen er zin in hadden bleek al snel, de bus leek op een rijdende kippenren met al dat gekakel en tot overmaat van ramp begon de gids ook nog iets te zingen, hoewel we eerst dachten dat ze vermoord werd, wat een geluid!
Na een korte tussenstop bij een groothandel in dubieuze, chinese, alternatieve geneesmiddelen ging de bus verder naar de gorge.
Daar aangekomen was de lucht steeds verder opengebroken dus dat was een gelukje na de dag van gister.
De gorge is inderdaad prachtig; met bulderend geweld perst het water zich door de smalste gedeelten van deze kloof.
Om half twee moesten we weer terug zijn bij de bus want dan zou de bus vertrekken. Stipt half twee vertrokken we ook en dat kwam al wat vreemd over want meestal heb je toch wel een beetje vertraging. Later bleek waarom, we gingen nl. naar de gratis lunch. Wij hadden op de trail nog wat lekkere gebakken-aardappeltjes-aan-een-stokkie gegeten dus wij lieten de lunch voorbij gaan, maar konden zo wel mooi dit stukje natuurgeweld aanschouwen; 20 chinezen die lunchen, is als varkens waar de trog wordt gevuld. Met veel gesmak, gespuug en geboer was het hele tafereel in 10 minuten alweer voorbij. Wij hadden nog niet eens ons bakkie thee op. We wisten niet dat dit onderdeel ook in de dagtocht was opgenomen, maar dit hadden we natuurlijk nooit willen missen.
Na de lunch had je geen kind meer aan de chinezen, weer in de bus sliepen ze binnen vijf minuten en moesten ze wakker worden gemaakt bij het volgende uitzichtpunt: 'the first bend in the Yangtze river' niet zozeer een mooi plekkie als wel een belangrijke. Stel je eens voor hoe china er uit had gezien als de rivier hier rechtdoor was gegaan en niet afgebogen. Had het deel van china dat nu aan de verdere loop van deze rivier ligt toch een probleem gehad.
Vervolgens terug naar Lijiang waar we na terugkomst besloten om de volgende dag maar fietsen te huren nu het weer zo was opgeknapt.
Vanochtend dus de twee mountainbikes opgehaald en ons in het chinese verkeer gestort. Dit gaat het beste als je net zo rijdt als zij; niet veel aan regels denken, maar met de meute mee.
Eerst naar het Black Dragon Pool park, een echt zondagsuitje. Je kunt het vergelijken met de grote vijver in Berg en Bos, maar dan met allerlei leuke chinese paviljoentjes. Hierna zijn we doorgreden naar Baisha, een klein dorpje waar men het moet hebben van wat kleinschalige landbouw en later zagen we dat daar de toeristenindustrie aan is toegevoegd. Hier hebben we geluncht en vervolgens met een al aardig gevorderde zadelpijn weer teruggefietst naar Lijiang. Daar aangekomen was de zadelpijn nog wat verergerd en was er bovendien een verbrande neus bij gekomen want het is vandaag een heerlijke dag geweest met veel zon.
China 3
De jeep stond in Litang dubbel geparkeerd dus hadden we wat vertraging bij het vertrek. Hoewel we al wat hoge passen hadden genomen, was het vandaag helemaal een topper met 5 stuks. De hoogste was dit keer slechts 4696m. Al deze hoogte is zeer bevorderlijk voor de hoofdpijn (van Rob) dus een paar paracetamolletjes waren wel handig.
Ook vandaag weer prachtige scenery en de film bleef maar rollen.
De tocht ging via Xiangcheng, waar we gezamenlijk met een ander koppel dat ook een tour had geboekt via Sam's lunchten. Dit waren duitsers (je kunt niet alles hebben).
In Xiancheng nog even het klooster bekeken, waar momenteel het e.e.a. gerenoveerd wordt en volgens ons hebben ze nog een lange weg te gaan. Vervolgens weer in de jeep gesprongen en door naar Derong onze nachtbestemming. Dit was nog een behoorlijke rit zodat we aan het eind van de dag toch 9 uur reistijd op de klok hadden staan. Derong is een super kitchie stadje waar overal lichtjes en lampionnetjes te vinden waren. Het hotel was gelukkig oppietoppie zodat we de stof van de reis hier goed konden wegspoelen.
Ook de wc was hier weer een verademing, niet meer via een gat naar beneden ........, maar je kon weer gewoon zitten.
's-Ochtends uitgeslapen tot 8 uur en vervolgens weer op weg. De weg was het eerste uur erg goed; zo glad hadden we 'm nog niet meegemaakt. Onze vreugde was van korte duur, want al snel werden we afgestraft met bijna twee uur hobbelen op een zandpad. Na nog een laatste pas genomen te hebben, arriveerden we om 1 uur in Zhongdian.
Hotel Songtsam was vlak naast het grote klooster Songzalin gelegen en de hele sfeer in het hotel ademde een vredige rust uit. Ze hadden goed gekeken bij de buren. De geur van wierook, sfeervolle tibetaanse muziek en kleine potkacheltjes die voor wat warmte zorgden. Dit was absoluut onze beste stal tot nu toe.
Zhongdian is een veel grotere stad dan die we tot op heden gezien hadden, maar de oude stad wordt in originele staat behouden en teruggebracht. Je ziet hier vrouwen lopen met vel roze en blauw gekleurde hoofddoeken; het doet allemaal wat aan Vietnam denken.
Ook leuk in Zhongdian zijn de winkeltjes met trekking-kleding. Bekende merken tegen ernstig lage prijzen, gelukkig waren de rugzakken niet helemaal afgeladen toen we vertrokken.
Ook vandaag weer prachtige scenery en de film bleef maar rollen.
De tocht ging via Xiangcheng, waar we gezamenlijk met een ander koppel dat ook een tour had geboekt via Sam's lunchten. Dit waren duitsers (je kunt niet alles hebben).
In Xiancheng nog even het klooster bekeken, waar momenteel het e.e.a. gerenoveerd wordt en volgens ons hebben ze nog een lange weg te gaan. Vervolgens weer in de jeep gesprongen en door naar Derong onze nachtbestemming. Dit was nog een behoorlijke rit zodat we aan het eind van de dag toch 9 uur reistijd op de klok hadden staan. Derong is een super kitchie stadje waar overal lichtjes en lampionnetjes te vinden waren. Het hotel was gelukkig oppietoppie zodat we de stof van de reis hier goed konden wegspoelen.
Ook de wc was hier weer een verademing, niet meer via een gat naar beneden ........, maar je kon weer gewoon zitten.
's-Ochtends uitgeslapen tot 8 uur en vervolgens weer op weg. De weg was het eerste uur erg goed; zo glad hadden we 'm nog niet meegemaakt. Onze vreugde was van korte duur, want al snel werden we afgestraft met bijna twee uur hobbelen op een zandpad. Na nog een laatste pas genomen te hebben, arriveerden we om 1 uur in Zhongdian.
Hotel Songtsam was vlak naast het grote klooster Songzalin gelegen en de hele sfeer in het hotel ademde een vredige rust uit. Ze hadden goed gekeken bij de buren. De geur van wierook, sfeervolle tibetaanse muziek en kleine potkacheltjes die voor wat warmte zorgden. Dit was absoluut onze beste stal tot nu toe.
Zhongdian is een veel grotere stad dan die we tot op heden gezien hadden, maar de oude stad wordt in originele staat behouden en teruggebracht. Je ziet hier vrouwen lopen met vel roze en blauw gekleurde hoofddoeken; het doet allemaal wat aan Vietnam denken.
Ook leuk in Zhongdian zijn de winkeltjes met trekking-kleding. Bekende merken tegen ernstig lage prijzen, gelukkig waren de rugzakken niet helemaal afgeladen toen we vertrokken.
China 2
We zijn zaterdag- middag vanuit Kanding richting Tagong vertrokken. Onze chauffeur heeft nog even een stop gemaakt bij een mooi klooster (altijd goed voor z'n fooi!) en daarna via een schitterende route verder.
We merken ook hier goed dat het herfst is, de bomen kleuren mooi goud, geel en rood.
Tagong is een erg mooi stadje met tibetaanse invloeden. De graslanden stonden vol met yaks en op de achtergrond torenen de de besneeuwde bergen.
We hadden een erg leuk guesthouse waar zelfs engels werd gesproken. De wc's zijn een verhaal apart, maar wel eindelijk een restaurant met een engelstalige kaart dus lekker pannekoeken en tibetaanse aardappelen (een soort patat) gegeten.
Tagong ligt op 3700 meter en dus was het er erg koud, het kostte 's avonds aardig wat moeite om warm te worden. Maar de stop hier was zeker de moeite waard.
Vanuit Tagong naar Litang. Dit ligt op 4250 meter dus lekker klimmen met de jeep. We moesten 2 hoge passen over: 1 van ruim 4200 meter en een ander van bijna 4800 meter. De tocht was adembenemend, we hebben onderweg alle seizoenen meegemaakt: kleurijke bossen, besneeuwde dennen, kale vlaktes waar niets meer groeit en dat alles onder een stralende zon. Geweldig!
Nu zitten we in Litang, hier zie je veel tibetanen met cowboyhoeden en op de straat liggen bontmutsen en yakhuiden. Je waant je een beetje in het wilde westen. De mensen zijn erg vriendelijk en willen graag op de foto. Dus blij dat we een digitale camera hebben anders kost het wel erg veel rolletjes. Morgen gaan we het, volgens velen, mooiste stuk van de route rijden, we zijn benieuwd.
Het is hier absoluut niet toeristisch, maar we zijn al wel wat toeristen tegengekomen en hier in Litang zijn zelfs een aantal nederlanders; is af en toe ook wel leuk.
We merken ook hier goed dat het herfst is, de bomen kleuren mooi goud, geel en rood.
Tagong is een erg mooi stadje met tibetaanse invloeden. De graslanden stonden vol met yaks en op de achtergrond torenen de de besneeuwde bergen.
We hadden een erg leuk guesthouse waar zelfs engels werd gesproken. De wc's zijn een verhaal apart, maar wel eindelijk een restaurant met een engelstalige kaart dus lekker pannekoeken en tibetaanse aardappelen (een soort patat) gegeten.
Tagong ligt op 3700 meter en dus was het er erg koud, het kostte 's avonds aardig wat moeite om warm te worden. Maar de stop hier was zeker de moeite waard.
Vanuit Tagong naar Litang. Dit ligt op 4250 meter dus lekker klimmen met de jeep. We moesten 2 hoge passen over: 1 van ruim 4200 meter en een ander van bijna 4800 meter. De tocht was adembenemend, we hebben onderweg alle seizoenen meegemaakt: kleurijke bossen, besneeuwde dennen, kale vlaktes waar niets meer groeit en dat alles onder een stralende zon. Geweldig!
Nu zitten we in Litang, hier zie je veel tibetanen met cowboyhoeden en op de straat liggen bontmutsen en yakhuiden. Je waant je een beetje in het wilde westen. De mensen zijn erg vriendelijk en willen graag op de foto. Dus blij dat we een digitale camera hebben anders kost het wel erg veel rolletjes. Morgen gaan we het, volgens velen, mooiste stuk van de route rijden, we zijn benieuwd.
Het is hier absoluut niet toeristisch, maar we zijn al wel wat toeristen tegengekomen en hier in Litang zijn zelfs een aantal nederlanders; is af en toe ook wel leuk.
China 1
Grotere kaart weergeven
We zitten in Kanding en daar is een internetcafe met snelle verbinding, dus maar gelijk even gebruik van gemaakt.
Afgelopen maandag met 15 minuten vertraging vertrokken naar Beijing en we kwamen daar om 8.50 uur 's ochtends aan. Precies met diezelfde 15 minuten vertaging dus. Op de luchthaven stond de agent op ons te wachten met de tickets voor de binnenlandse vlucht.
De binnenlandse vlucht met Sichuan airlines vertrok prima op tijd, het was een mooie airbus en gelukkig geen oud vliegtuigje.
's Middags tegen16.00 uur kwamen we aan in Chengdu. Hier lekker naar een grote theetuin geweest en genoten van de thee tussen alle chinezen. 's Avonds geprobeerd wat eten uit te zoeken van de kaart (alles in het chinees) en dat ging redelijk goed want we kregen rijst, kip en gefrituurde hapjes.
De volgende ochtend met de jeep richting Moxi (en de glacier). De reis ging tot 14.30 uur voorspoedig, daarna was de weg afgesloten vanwege drukte en wegwerkzaamheden.
Na 2 uur wachten (we zijn lekker even het stadje Luding ingeweest) mochten we verder en rond 18.00 uur waren we op de plaats van bestemming.
De volgende ochtend naar de glacier; een prachtige wandeling en we konden ook op de glacier lopen. We liepen daar letterlijk en figuurlijk met ons hoofd in de wolken, wat jammer was van de practhige uitzichten.
We werden ook nog door chinezen en japanners gevraagd om te poseren voor hun foto's! Ze vinden het prachtig als er een "blanke" op staat.
Vanaf de glacier weer een mooie wandeling terug.
We zouden bij Camp 3, bij de glacier slapen maar we waren de enige gasten hier en het was er bovendien zo koud (3000 meter) en ook nog geen verwarming in het hotel, dat we besloten hebben om de laatste minibus naar beneden te nemen. We hebben heerlijk in Moxi geslapen, wat overigens een leuk stadje en zoals gezegd hadden we een prima hotel.
Vanuit Moxi richting Kanding, om 11.00 uur vertrokken, de rit zou 3 uur duren. Maar helaas; na 2 kleine opstoppingen kwamen we aan op een plek waar de weg was weggevaagd door een landverschuiving: een grote bult zand versperde de weg. Ze waren al druk aan het werk maar hadden nog 5 uur nodig om de weg weer begaanbaar te maken. We zijn maar wat gaan eten in een restaurantje aan de kant van de weg en om 19.00 uur konden we dan echt richting Kanding, waar we rond 20.30 uur aankwamen.
In Kanding zie je al echt de Tibetaanse invloeden: monikken op straat en vele kloosters. We genieten volop van de prachtige omgeving en de zeer vriendelijke bevolking. Vandaag gaan we naar Tagong, dit plaatsje ligt op 3700m en is bekend om zijn graslanden met Yaks. Hopelijk verdwijnen de wolken een beetje zodat we kunnen genieten van de enorme bergen met sneeuw.
Abonneren op:
Posts (Atom)